|
||||||||
Al te onbekend blijft hij hier, deze pionier van de rebelse muziek van La Réunion, de maloya. Ruim dertig jaar timmert deze zanger, schrijver en componist al aan een heel eigen weg: deze nieuwe plaat is al zijn elfde -als ik dat goed bijgehouden heb- en hij heeft ook drie boeken op zijn naam staan. Alles in het oeuvre van Waro ademt dezelfde geest uit: in zijn studententijd was hij stakingsleider, hij militeerde al heel jong, in de voetsporen van zijn vader, in de Communistische partij, was en is vurig voorstander van een onafhankelijk La Réunion, ging voor bijna twee jaar de gevangenis in omdat hij weigerde een Frans militair uniform te dragen, zoals door Parijs opgedragen werd en combineerde het begin van zijn muzikale carrière met het bedenken en bouwen van een reeks instrumenten, die hij ook zelf bouwde. Doorgaans zingt Waro in het Creools, een mengtaal, waar je als niet-francofone West-Europeaan nauwelijks wat van begrijpt, al hanteert hij, als groot bewonderaar van Georges Brassens, ook wel eens de taal van Molière. Op deze nieuwe plaat brengt Waro hulde aan enkele mensen die hij bewondert, die hem gesteund hebben of van wie hij wat geleerd heeft en zo komt het dat je op de plaat nummers aantreft die al zowat tien jaar oud zijn, naast heel recent werk. In 2010 schreef Waro “Tinn Tout”, dat vandaag dus de titelsong is voor de nieuwe plaat, voor de catalogus die bij de tentoonstelling “Cartographies de la mémoire” hoorde van het grafisch werk van Jacky Beng-Thi. Voor zijn vrienden van “Les Ogres de Barback” had hij een jaar eerder al de ecologische vertelling “Tizan” geschreven Veel recenter maakte hij “Daniel Singaïni” als hommage aan de militante auteur van die naam, terwijl “Babilonn” dan weer dateert van het eind van vorige eeuw en “Kayanm” is gemaakt voor vertaler en auteur Nicolas Séry -de man die trouwens de Kuifje-albums in het Creools omzette. Zo krijg je als het ware een overzicht van een aantal “specials” -er is overigens ook een vertaling van “Je me Suis fait tout Petit” van Brassens - die Waro in de loop der jaren gemaakt heeft en die aantonen wat voor bijzondere muziekvorm de maloya toch wel is. Let wel: dit is wellicht niet voor beginners weggelegd, maar mensen die al even meedraaien in de blues en zijn aftakkingen, zullen hier een plaat vinden, zoals ze die nooit eerder hoorden. Waro, militant muzikant, blijft één der allergrootsten en verdient absoluut meer aandacht dan hij vandaag krijgt. Bij mijn weten is het al bijna tien jaar geleden dat hij onze contreien nog eens aandeed. Daar mag wel eens verandering in komen, zou ik denken! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||